Vogel- of gaaischieten, het vogelschieten met pijl en handboog is al uit de Oudheid bekend. In het heldendicht "Aenelis" van Vergillius (deze auteur leefde van 70 tot 19 voor Christus), wordt een beschrijving gegeven van het schieten op een duif die vastgebonden was aan een scheepsmast. In latere tijden werd gebruik gemaakt van molenwieken en kerktorens waarop een namaakvogel was geplaatst. Daar deze houten vogel kleurrijk was versierd, ontstond de naam (pape-)gaaischieten.